Hoewel Apple zijn activiteiten geleidelijk vanuit China verlegt, zijn zijn activiteiten nog steeds diep geworteld in het land; het merendeel van de materialen en producten wordt in China vervaardigd. Deze afhankelijkheid zorgt er niet alleen voor dat de technologiegigant voldoet aan onethische eisen van de Chinese regering, maar ook dat hij de vermeende mensenrechtenschendingen door de regering, zoals de genocide en uitbuiting van Oeigoerse moslims in Xinjiang, over het hoofd ziet.
Nu zal de onlangs aangenomen “Uyghur Forced Labour Prevention Act” de technologiegigant ervan weerhouden samen te werken met Chinese leveranciers uit de noordwestelijke regio Xinjiang, tenzij ze kunnen bewijzen dat Oeigoerse dwangarbeid in geen enkel deel van hun toeleveringsketen werd gebruikt.
Apple moet onder de nieuwe arbeidswet bewijzen dat er geen sprake is van gedwongen Oeigoerse arbeid door Chinese leveranciers
Het werk aan de nieuwe Uyghur Forced Labour Prevention Act begon in 2020 en de technologiegigant lobbyde om de wet te verzwakken. Volgens de New York Times wilde Apple de datum van naleving verlengen, en nog belangrijker, zichzelf ontslaan van de verantwoordelijkheid om Chinese leveranciers die gebruik maakten van Oeigoerse dwangarbeid aan de Amerikaanse overheid te identificeren.
Apple's voorgestelde wijzigingen aan het wetsvoorstel omvatten onder meer het verlengen van enkele deadlines voor naleving, het vrijgeven van bepaalde informatie over toeleveringsketens aan congrescommissies in plaats van aan het publiek, en het vereisen dat Chinese entiteiten 'door de Amerikaanse overheid worden aangewezen' als helpende bij het in de gaten houden of vasthouden van moslimminderheidsgroepen in Xinjiang.
De inspanningen van de technologiegigant mislukten en nu is de Uyghur Forced Labor Prevention Act dat welafgedwongenin de Verenigde Staten, gerapporteerd door VOA.
Publiekelijk stelt de technologiegigant dat het een nultolerantiebeleid voert ten aanzien van dwangarbeid. Daarom voert het bedrijf jaarlijkse audits uit om overtredende fabrikanten uit de toeleveringsketen te identificeren en te verwijderen.
De Oeigoerse moslimminderheid woont in de regio Xinjiang in China en wordt al jaren onderdrukt door de regering. Onder het valse voorwendsel van ‘programma’s voor armoedebestrijding’ is de Oeigoerse moslimminderheid in concentratiekampen geplaatst om hun religieuze opvattingen te veranderen, en zijn mannen en vrouwen gedwongen tot anticonceptie, sterilisatie en abortus en tot dwangarbeid.
Aanbevolen lees:Productiefaciliteiten in China moeten worden afgesloten nu de uitbraak van COVID-19 verergert

En om ervoor te zorgen dat er geen gebruik wordt gemaakt van dwangarbeid in de toeleveringsketen, voert Apple jaarlijkse audits uit. Dat is echter onvoldoende gebleken.
Hoewel het jaarlijkse voortgangsrapport 2021 van het technologiebedrijf geen bewijs vond van dwangarbeid in zijn toeleveringsketen, werd zijn leverancier Lens Technology ervan beschuldigd Oeigoerse dwangarbeid uit te buiten.
Daarom heeft de mensenrechtenorganisatie, deProject voor technische transparantie(TTP) stelt dat bedrijven als Apple andere bronnen moeten gebruiken in plaats van hun audits om te weten of Oeigoerse dwangarbeid door hun leveranciers wordt gebruikt.
Die bedrijven lobbyden bij de UFLPA en hebben verklaard dat de due diligence die ze hebben gedaan, hetzij via hun interne audits, hetzij via auditors, voldoende was – behalve dat vijf grote accountantskantoren de Oeigoerse regio hebben verlaten, juist omdat ze niet in staat zijn audits uit te voeren met enige mate van zekerheid, verantwoording of transparantie.
Het lijkt mij bijna lachwekkend om te denken dat een of andere auditor een van deze fabrieken kan binnengaan die worden gerund door een staatsbedrijf en een Oeigoerse arbeider kan interviewen en een antwoord kan krijgen dat redelijk vrij is en niet wordt afgedwongen door de Chinese overheid. Het is onzinnig om te zeggen dat due diligence werkte, want als dat wel zo was, zou er geen Oeigoerse dwangarbeid in je toeleveringsketen zitten!

Het eist ook dat bedrijven de banden verbreken met de Chinese staatsbedrijven die verantwoordelijk zijn voor Oeigoerse dwangarbeid.
Er mogen geen zaken worden gedaan met Chinese staatsbedrijven die zich bezighouden met Oeigoerse dwangarbeid of die actief zijn in de Oeigoerse regio, en meer specifiek hier met bedrijven die samenwerken met de XPCC. Het Xinjiang Production and Construction Corps is waarschijnlijk de grootste leverancier van Oeigoerse dwangarbeid en is in wezen een paramilitaire organisatie die enorme controle heeft over de productie, hulpbronnen en arbeid, en die gebruikt om zichzelf en de Chinese overheid enorm te bevoordelen.
Dit soort partnerschappen zijn onaanvaardbaar en volkomen onethisch. … Er schuilt een element van medeplichtigheid in het financieel blijven ondersteunen van de winstprikkel, de motor, van de Oeigoerse genocide.
